Nieuw periodiek rapport over de economische, sociale en culturele rechten aan de VN

Gepubliceerd op

-

2020

De redactie van het vijfde periodieke rapport - over de jaren 2010 tot en met 2019 - werd aan de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg toegewezen. Dit rapport werd opgemaakt op basis van de vereenvoudigde rapportering, via de vragenlijst die het Comité van de economische, sociale en culturele rechten (CESCR) van de Verenigde Naties overmaakte rond 19 thema’s:

  • Toepassing van het Verdrag
  • Recht op passende huisvesting
  • Rechten van de mens en de vrijheid van ondernemerschap
  • Nationaal instituut voor de rechten van de mens
  • Verplichting om het maximum aan beschikbare middelen aan te wenden
  • Het recht van vluchtelingen en asielzoekers op een waardige levensstandaard
  • Klimaatverandering
  • Duurzame ontwikkelingsdoelstellingen
  • Non-discriminatie
  • Recht op arbeid
  • Recht op billijke en gunstige arbeidsvoorwaarden
  • Vakbondsrechten
  • Recht op sociale zekerheid
  • Geweld op vrouwen en kinderen
  • Armoede
  • Recht op voedsel
  • Recht op lichamelijke en geestelijke gezondheid
  • Recht op onderwijs
  • Goede praktijken

Om het rapport op te stellen werd samengewerkt met verschillende FOD’s, de Gemeenschappen en Gewesten.

De verschillende thema’s werden toegewezen aan de bevoegde administraties.

Het CESCR nodigde de Belgische delegatie (vertegenwoordigers van de betrokken FOD’s, Gemeenschappen en Gewesten) uit in Genève om op 19 en 20 februari 2020 het rapport te bespreken/verduidelijken via de constructieve dialoog (review).

Ter voorbereiding van deze constructieve dialoog werden ook fiches opgemaakt rekening houdend met de 4 alternatieve rapporten die vanuit het middenveld (Unia/Myria, FIAN, Ligue des Droits de l’Homme (LDH) en Center for International Environmental Law (CIEL)) werden ingediend maar ook om de situatie zoals weergegeven in het rapport eventueel te actualiseren.

Hieronder een selectie uit de verschillende clusters van vragen en/of opmerkingen van het Comité en de antwoorden van de delegatie.

Nationaal instituut voor de rechten van de mens. Zullen de gefedereerde entiteiten deelnemen? Wat met UNIA?

Op 25 april 2019 keurde het federale parlement de wet tot oprichting van een Federaal Instituut voor de bescherming en de bevordering van de rechten van de mens goed. De wet vormt de noodzakelijke basis om de bevoegdheid van het instituut uit te breiden tot het interfederale niveau. Deze interfederalisering zal alleen mogelijk zijn als elke federale entiteit in dit proces instapt. De Vlaamse Regering besloot de samenwerking met UNIA in 2023 te staken en zal een centrum voor gelijke kansen oprichten dat zal functioneren op basis van de Vlaamse antidiscriminatiewetgevingsinstrumenten, waarbij taken worden overgenomen die eerder door UNIA werden uitgevoerd. Zodra het nieuwe centrum voor gelijke kansen operationeel zal zijn, zal de oprichting van een interfederaal mensenrechtenmechanisme voorbereid worden in overeenstemming met de beginselen van Parijs.

Nationaal Plan Energie en Klimaat: welke maatregelen zal de regering nemen om de uitstoot van koolstof te verminderen?

Wat de klimaatverandering betreft, zullen nieuwe maatregelen nodig zijn om verdere vooruitgang te boeken in overeenstemming met de doelstellingen van Parijs en om het plan van de Europese Raad om tegen 2050 co2-neutraliteit te bereiken, te verwezenlijken. Met een voortdurend stijgend bruto binnenlands product sinds 1990, heeft België zijn CO2-uitstoot in 2016 met 19,7% verminderd. Hernieuwbare energie kreeg een steeds belangrijkere plaats in de Belgische energiemix.  België stond bijvoorbeeld op de eerste plaats in de wereld als het ging om waterstofdistributie. De premier heeft aangekondigd dat er tussen alle regeringen een akkoord is bereikt over een langetermijnstrategie om de uitstoot van broeikasgassen met 25 % te verminderen en het aandeel hernieuwbare energie in het land te vergroten. Vlaanderen keurde in 2013 zijn eerste aanpassingsplan goed. Als onderdeel van dit plan hadden verschillende belanghebbenden de mogelijkheid om deel te nemen aan verschillende workshops en de informatie die zij verstrekten diende als basis voor het aanpassingsplan. Voor de periode 2020-2030 is een volgend aanpassingsplan gepland.

Waarom zijn de sociale zekerheidsuitgaven, vooral op het vlak van gezondheid en werk, verminderd?

Wat de financiën van de regering betreft, heeft de vorige regering een belastinghervormingsplan uitgevoerd, de ‘Tax Shift’, om de werkgelegenheid te vergroten. De Tax Shift had komaf gemaakt met belastingvrijstelling. België is geen belastingparadijs geworden; het is nog steeds een van de landen van de Europese Unie met de grootste ‘belastingdruk’. Hoewel er aanvullende verificaties zouden moeten worden doorgevoerd, zou het verrassend zijn als de uitgaven in verband met de gezondheidszorg gedaald zijn. De hervorming had tot doel om het moeilijker te maken met belastingontduiking of fiscale planning. In België zijn er geen officiële gegevens over fiscale fraude. Er wordt geschat dat de omvang van de begrotingsfraude in overeenstemming is met de verwachtingen voor een economie ter grootte van België.

Hoe zal de regering de armoede aanpakken?

Wat de armoedebestrijding betreft, is de algemene situatie de afgelopen jaren stabiel gebleven. Kinderarmoede lag onder het gemiddelde van de Europese Unie. Er blijven echter uitdagingen bestaan voor mensen met een kwetsbare achtergrond, zoals laaggeschoolde werknemers en mensen met een migratie-achtergrond. De aanpak van de regering op dit gebied is om niemand achter te laten. Er is ruimte voor een opschaling van armoedebestrijdingsmaatregelen, evenals inspanningen gericht op specifieke segmenten van de bevolking. Het jeugdwerkloosheidsbeleid werd gewijzigd waardoor de periode waarin sommige uitkeringen konden worden verkregen, werd beperkt. Dit heeft de activering van de arbeidsmarkt niet verbeterd, maar het risico op armoede is ook niet gestegen. Het aantal mensen dat op de armoedegrens leeft, is de afgelopen jaren toegenomen. De voordelen werden echter verhoogd toen de consumentenprijsindex was gestegen. Naast deze indexering werden ook de basisbedragen van de sociale uitkeringen verhoogd. Er was een federaal plan over armoede en plannen in elk van de regio's. Er bestaan plannen om armoede terug te dringen, zowel op federaal als op regionaal niveau.

Welke maatregelen zullen genomen worden tegen discriminatie en hoe wordt diversiteit op de werkvloer bevorderd?

Met betrekking tot de 33 aanbevelingen van de Commissie van deskundigen die de antidiscriminatiewetgeving sinds 2016 evalueerde, zijn er al verschillende geïmplementeerd, zoals de mystery calls en het koninklijk besluit over positieve acties. Andere zijn on going, zoals de integratie van het concept van meervoudige discriminatie.

Werd er vooruitgang geboekt i.v.m. de loonkloof tussen vrouwen en mannen?

De loonkloof tussen mannen en vrouwen in België, berekend op uurbasis, is de laagste onder de landen van de OESO. De kloof in het jaarinkomen is te wijten aan vrouwen die parttime werken en houdt verband met het feit dat vrouwen meer gezinsgerelateerde taken op zich nemen dan mannen.

Welke maatregelen zijn genomen om de uitdaging van lage arbeidsparticipatie aan te pakken?

Ondanks de lage participatiegraad op de arbeidsmarkt is de situatie sinds 2019 verbeterd, ook al ligt de inactiviteit boven het Europese gemiddelde. De lage participatiegraad is voornamelijk te wijten aan de arbeidskosten in België. De Hoge Raad voor de Werkgelegenheid heeft een verslag opgesteld over de situatie van inactieven en zal zich op dit punt blijven inzetten, met name wat betreft het verschil tussen gekwalificeerde en ongekwalificeerde personen en de vaardigheidskloof in het licht van de digitalisering van de economie.

De werkgelegenheid steeg en de regering voorziet dat deze trend zich in 2020-2021 zou voortzetten.

Welke maatregelen zijn genomen om discriminatie op grond van etnische afkomst aan te pakken en de integratie van mensen met een migratie-achtergrond op de arbeidsmarkt te bevorderen?

Wat de integratie van migranten op de arbeidsmarkt betreft, heeft de regering met Zweden en Nederland samengewerkt om beste praktijken te delen om de kloof in arbeidsintegratie aan te pakken, onder meer om problemen met de vaardigheidskloof aan te pakken.

Voor niet-Europese onderdanen is de arbeidsmarkt niet gemakkelijk toegankelijk. Niet-Europese onderdanen moeten een reeks procedures volgen om aan de arbeidsmarkt te kunnen deelnemen. België probeert deze situatie te verhelpen door middel van verschillende maatregelen. Een koninklijk besluit inzake positieve acties werd ingesteld om de toegang tot de arbeidsmarkt te vergemakkelijken.

Na de crisis nam de arbeidsparticipatie van mensen uit migratie toe, terwijl die van de Belgen stagneerde, wat zou kunnen wijzen op een inhaalbeweging.

Kunnen de sociale partners verwijzen naar het stakingsrecht zoals vastgelegd in het Verdrag in geval van een arbeidsconflict?

De sociale partners hebben een ‘herenovereenkomst’ over het stakingsrecht gesloten. De Belgische rechtbanken hadden uitdrukkelijk erkend dat de internationale verbintenissen van het land het stakingsrecht in het land beschermden. Dit recht staat stakers echter niet toe om wegen te blokkeren of het verkeer te belemmeren. Het stakingsrecht is ook beperkt voor bepaalde werknemers, zoals gevangenisbewakers en treinpersoneel, zij moeten minimale diensten garanderen.

Meer informatie over het stelsel van sociale bescherming voor zelfstandigen? Welke stappen zijn ondernomen om de bescherming van zelfstandigen te harmoniseren met die van werknemers?

Wat de rechten van zelfstandigen betreft, is er behoefte aan sociale beschermingsmaatregelen. De regering werkt aan een vorm van convergentie tussen de rechten van werknemers en zelfstandigen, rekening houdend met het feit dat zelfstandigen waarschijnlijk meer zullen betalen voor bepaalde diensten voor sociale bescherming.

Wat doet het land om ervoor te zorgen dat elk asielverzoek afzonderlijk wordt behandeld?

Het federaal agentschap voor de opvang van asielzoekers zou de steun kunnen beperken aan asielzoekers die meerdere asielaanvragen indienden. Dit gebeurt echter niet systematisch en elk verzoek werd afzonderlijk behandeld.

Welke inspanningen worden gedaan om obesitas te bestrijden?

Wat obesitas betreft, nemen de regeringen actie. Ze doen dit met een ‘levenscyclusbenadering’: ze moedigen eerst borstvoeding aan en moedigen scholen aan om gezonde maaltijden te voorzien. Er werden ook campagnes uitgerold met de voedingsmiddelenindustrie om het gebruik van zout te verminderen.  De meest zichtbare campagne hierover is de ‘Nutri-Score’, waarbij voedingsproducten worden geëtiketteerd met een score die hun voedingswaarde weergeeft.

Wat met de toegang tot gezondheidszorg voor migranten?

Met betrekking tot spoedeisende medische zorg voor migranten in een onregelmatige situatie wordt ‘noodsituatie’ opgevat als hoe zorgartsen en tandartsen deze certificeren. In dit verband kan het gaan om ambulante en preventieve zorg. Het Parlement heeft een wetsontwerp aangenomen dat de toegang van migranten tot gezondheidszorg verbetert en ervoor zorgt dat medische beroepsbeoefenaars worden vergoed voor het verlenen van gezondheidszorg.

Wat met het dragen van hoofddoeken en andere religieuze symbolen of symbolen die een filosofisch geloof weerspiegelen in de schoolgemeenschappen?

Op religieuze symbolen in scholen in de Franstalige gemeenschap regelen de scholen zelf deze kwestie. Het decreet inzake discriminatie is van toepassing op scholen en verbiedt discriminatie op grond van religie.  Er zijn decreten aangenomen die neutraliteit in het onderwijs vereisen; zij zijn echter alleen van toepassing op het onderwijzend personeel.  Hoewel er over het algemeen tolerantie is op het niveau van het hoger onderwijs, verbieden sommige onderwijsinstellingen de hijab of sluier om ‘veiligheidsredenen’. 

In de Vlaamse gemeenschap is er geen algemeen verbod op religieuze symbolen, maar het bestuur van het Vlaamse gemeenschapsonderwijs heeft een richtlijn uitgevaardigd om scholen te vragen het dragen van religieuze symbolen te bannen, wat door verschillende instellingen gevolgd wordt. Na de betwisting van dit reglement voor rechtbanken heeft de Hoogste Administratieve Rechtbank geoordeeld dat dergelijke verboden onder bepaalde voorwaarden kunnen worden opgelegd. Er lopen nog een aantal juridische procedures met betrekking tot het dragen van religieuze symbolen op scholen.

 

Het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten (International Covenant on Economic, Social and Cultural Rights, ICESCR) is een verdrag van de Verenigde Naties, gebaseerd op de . Het Verdrag kwam tot stand op 19 december 1966 en werd van kracht op 3 januari 1976.

België ondertekende op 10 december 1968, maar keurde het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten pas goed bij Wet van 15 mei 1981 en ratificeerde het op 21 april 1983.

Overeenkomstig artikel 16 en 17 van het Verdrag is België ertoe gehouden om periodiek te rapporteren over de toepassing van het Verdrag, over de maatregelen die zij hebben genomen en de vorderingen die zij hebben gemaakt bij de totstandkoming van de in dit Verdrag erkende rechten.

Sindsdien heeft België al 4 periodieke rapporten ingediend bij het VN-Comité inzake economische, sociale en culturele rechten dat de uitvoering van het Verdrag controleert