Verandering van werkgever in geval van overname van activa na faillissement

Verandering van werkgever in geval van overname van activa na faillissement 

Het gebeurt soms dat de failliet verklaarde onderneming wordt overgenomen, in haar geheel of gedeeltelijk, door een derde (over het algemeen "de overnemer" genaamd). Om de kans op slagen van de overname van de onderneming niet te hypothekeren, is de overnemer niet onderworpen aan dezelfde verplichtingen als deze die voorzien zijn voor de verkrijger in geval van overgang van onderneming krachtens overeenkomst.

Hoofdstuk III van de CAO nr. 32bis bepaalt de rechten van de werknemers die worden overgenomen in het kader van een overgang die gerealiseerd wordt na faillissement.

Toepassingsgebied 

Hoofstuk III van de CAO nr. 32bis is toepasselijk onder de volgende voorwaarden.

Voorwaarden aangaande de overname van activa 

De overname van werknemers moet volgen op de overdracht van het geheel of een deel van de activa van een onderneming in faillissement. De overname van activa is gedefinieerd als "hetzij het vestigen van een zakelijk recht op het geheel of een deel van de activa van de failliete onderneming, hetzij het huren van het geheel of een deel van deze activa".

Bovendien dient de overname van de onderneming te geschieden binnen een termijn van twee maanden vanaf de datum van het faillissement.

Deze termijn kan worden verlengd met twee maanden indien bij het verstrijken van deze termijn:

  • er nog lopende onderhandelingen zijn met een kandidaat-overnemer, of
  • de curator nagelaten heeft bepaalde inlichtingen betreffende de kandidaat-overnemer mee te delen aan het Sluitingsfonds;

Deze bijkomende termijn kan nog verlengd worden met twee maanden indien de curator bij het verstrijken deze tweede termijn aan het Sluitingsfonds schriftelijk bevestigt dat er nog lopende onderhandelingen zijn met een kandidaat-overnemer.  

Voorwaarden aangaande de werknemers 

 De werknemers die kunnen genieten van de toepassing van hoofdstuk III zijn diegenen:

  • die op de datum van het faillissement nog verbonden zijn met de onderneming door een arbeidsovereenkomst of een leerovereenkomst;
  • of die ontslagen werden tijdens de periode van één maand voor de datum van het faillissement, op voorwaarde dat zij recht hebben op een verbrekingsvergoeding die hen op die datum niet volledig werd uitbetaald.

Bovendien dienen de werknemers te zijn overgenomen binnen een bepaalde termijn:

  • hetzij vóór de overname van de activa;
  • hetzij op het ogenblik van de overname van activa,
  • hetzij binnen een bijkomende termijn van 4 maanden na die overname.

De keuze van de overnemer 

Artikel 12 van de CAO nr. 32bis voorziet dat de overnemer mag kiezen welke werknemers hij wenst over te nemen. In dat geval worden de beschermde werknemers op dezelfde manier behandeld als de niet-beschermde werknemers van de onderneming in faillissement.

De werknemers zijn niet verplicht om over te gaan naar de diensten van de overnemer. In geval van weigering zal de werknemer zijn rechten ten aanzien van de onderneming in faillissement behouden (verbrekingsvergoeding, oudejaarspremie…) Hij zal echter geen aanspraak kunnen maken op een overbruggingsvergoeding.

Gevolgen op het vlak van de arbeidsvoorwaarden

Vrije onderhandelingen 

De overnemer is op geen enkele manier verplicht de arbeidsvoorwaarden die van toepassing waren bij de vorige werkgever te behouden. Hij kan met de werknemer die hij wenst over te nemen een nieuwe arbeidsovereenkomst sluiten.

De arbeidsvoorwaarden worden vrij vastgelegd door de partijen. Hij kan eveneens loonsvoorwaarden voorzien die minder voordelig zijn of de werknemer aanwerven voor een andere functie.

De vrijheid van de overnemer om opnieuw te onderhandelen over de arbeidsvoorwaarden wordt echter op twee punten begrensd.

Grenzen

De anciënniteit 

De anciënniteit die de werknemer bij zijn vorige werkgever heeft verworven evenals de eventuele periode tijdens welke de activiteit van de werknemer wordt onderbroken ingevolge faillissement, worden in aanmerking genomen voor de vaststelling van de opzeggingstermijn of van de opzeggingsvergoeding waarop de werknemer aanspraak kan maken in geval van verbreking van de arbeidsovereenkomst bij de overnemer.

De collectieve arbeidsvoorwaarden 

De in de failliete onderneming collectief bedongen of collectief toegepaste arbeidsvoorwaarden blijven ten aanzien van de overnemer behouden.

Onder "collectief bedongen arbeidsvoorwaarden" moet worden verstaan de bij de vorige werkgever toegepaste arbeidsvoorwaarden die voortvloeien uit collectieve arbeidsovereenkomsten, gesloten op interprofessioneel of op sectoraal niveau, evenals uit collectieve overeenkomsten of akkoorden die op ondernemingsniveau werden gesloten.

Onder "collectief toegepaste arbeidsvoorwaarden" moet worden verstaan de arbeidsvoorwaarden die, hoewel ze niet voortvloeien uit collectieve overeenkomsten of akkoorden, van toepassing waren op alle werknemers of op sommige categorieën van werknemers van de vorige werkgever. Het betreft arbeidsvoorwaarden die voortvloeien uit het gebruik.

Deze arbeidsvoorwaarden hebben onder meer betrekking op de loonstructuren, de beroepsclassificaties en de arbeidsregelingen die van toepassing waren in de gefailleerde onderneming.

De overnemer heeft evenwel de mogelijkheid om de collectieve arbeidsvoorwaarden geldend bij de vorige werkgever te wijzigen. Hij dient dit te doen bij gemeenschappelijk akkoord in het kader van een collectieve onderhandelingsprocedure met de vertegenwoordigers van de betrokken werknemers, met name de vakbondsafvaardiging, of, bij ontstentenis, de vertegenwoordigers van de representatieve werknemersorganisaties. Met andere woorden kan de overnemer opnieuw onderhandelen met de representatieve vakbondsorganisaties over een bedrijfs-CAO, maar hij mag hierbij geen afbreuk doen aan de toepassing van collectieve overeenkomsten van een hogere rang (sectoriële of interprofessionele), uitgezonderd het geval waarbij de activiteit van de onderneming of een deel van de onderneming die wordt overgenomen, wordt gewijzigd, tengevolge waarvan men tot een ander paritair comité gaat behoren.

In geval men niet tot een akkoord komt of bij ontstentenis van onderhandelingen, blijven de collectief bedongen of collectief toegepaste arbeidsvoorwaarden ten aanzien van de overnemer behouden.

De overbruggingsvergoeding 

Referentie : Wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen 

Hoofdstuk III van de CAO nr. 32bis handelt niet over de sociale gevolgen van de overname van werknemers in het kader van de overname van activa van een onderneming in faillissement. 

Deze materie maakt het voorwerp uit van de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen. Deze wet voorziet in een vergoeding, ten laste van het Fonds voor de sluiting van ondernemingen, voor de werknemers die genieten van de bepalingen van hoofdstuk III van de CAO nr. 32bis voor de periode van inactiviteit gelegen tussen de datum van hun ontslag en de datum van hun wederindienstname door de overnemer. Deze vergoeding, “overbruggingsvergoeding” genoemd, is bestemd om het loonverlies te compenseren dat deze werknemers gedurende deze periode lijden.  

Toekenningsvoorwaarden

Op het niveau van de onderneming 

De overname van de activa moet geschieden binnen een termijn van twee maanden vanaf de datum van het faillissement (of binnen een andere termijn vastgesteld door een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten in de Nationale Arbeidsraad).

Deze termijn kan worden verlengd met twee maanden indien bij het verstrijken van deze termijn:

  • de curator aan het Sluitingsfonds bevestigt dat er nog lopende onderhandelingen zijn met een kandidaat-overnemer, of
  • de curator nagelaten heeft bepaalde inlichtingen betreffende de kandidaat-overnemer mee te delen aan het Sluitingsfonds;

Deze bijkomende termijn kan nog verlengd worden met twee maanden indien de curator bij het verstrijken deze tweede termijn aan het Sluitingsfonds schriftelijk bevestigt dat er nog lopende onderhandelingen zijn met een kandidaat-overnemer. 

Op het niveau van de werknemer 

Om recht te hebben op een overbruggingsvergoeding moeten de werknemers aan volgende voorwaarden voldoen:

  • gebonden zijn door een arbeidsovereenkomst of een leerovereenkomst op de datum van het faillissement of ontslagen zijn tijdens de maand die deze datum voorafgaat;
  • recht hebben op een verbrekingsvergoeding die op deze datum niet volledig werd uitbetaald,
  • een arbeidsovereenkomst gesloten hebben met de overnemer, ofwel voor de overname van de activa (na het faillissement) ofwel op het moment van de overname of binnen een daaropvolgende bijkomende termijn van vier maanden.

Bedrag van de overbruggingsvergoeding 

Het maximumbedrag van de overbruggingsvergoeding is gelijk aan het bedrag dat wordt bekomen door van het globale plafond voorzien voor de tussenkomst van het fonds (namelijk 25.000 euro sinds 1 januari 2009) af te trekken de bedragen van de betalingen die door het Fonds worden verricht voor de lonen, vergoedingen, voordelen en vakantiegeld binnen de grenzen van de bijzondere plafonds die op elk van deze betalingen van toepassing zijn.

  • Bijzonder plafond voor de achterstallige lonen en vergoedingen: 6.750 euro;
     
  • Bijzonder plafond voor het vakantiegeld (hierin inbegrepen het vakantiegeld verschuldigd op de overbruggingsvergoeding): 4.500 euro;
     
  • Overbruggingsvergoeding: het saldo (25.000 euro – (6.750 + 4.500 euro) = 13.750 euro)

 Voorbeeld: de overgenomen werknemer kan ten laste van de gefailleerde werkgever (1 juli 2009) aanspraak maken op: 

  • 6.280 euro voor de achterstallige lonen en vergoedingen ; 
  • 4.800 euro voor het vakantiegeld. 

Deze werknemer kan ten laste van het Fonds aanspraak maken op een maximumbedrag van 14.220 euro als overbruggingsvergoeding (25.000 euro – (6.280 + 4.500 (plafond)). 

De overbruggingsvergoeding wordt betaald door het Fonds, op vraag van de betrokken werknemer. Het Sluitingsfonds is belast met de wettelijk voorziene sociale en fiscale inhoudingen.

Verbod van cumulatie 

De overbruggingsvergoeding is bestemd om het loonverlies te compenseren dat de werknemer lijdt tussen de dag van de onderbreking van zijn activiteit en de dag van wederindienstname door de overnemer.

Bijgevolg is de overbruggingsvergoeding niet verschuldigd:

  • voor de periodes gedekt door een verbrekingsvergoeding;
  • voor de periodes gedekt door een loon of een vergoeding verschuldigd gedurende de periode van volledige of gedeeltelijke onderbreking van de activiteit van de onderneming of gedurende een gedeelte ervan ; het is van geen belang of dit loon of deze vergoeding (bv: het gewaarborgd loon) verschuldigd is op grond van een overeenkomst gesloten met de curator of met een werkgever vreemd aan de overname;
  • voor de periodes gedekt door volgende sociale zekerheidsuitkeringen: de bedragen betaald in geval van arbeidsongeschiktheid (ziekte- en invaliditeitsverzekering) en in geval van tijdelijke werkloosheid (werkloosheidsverzekering) alsook de vergoedingen voor een tijdelijke arbeidsongeschiktheid (arbeidsongevallen).

De sluitingsvergoeding is niet verschuldigd aan de werknemer die geniet van de overbruggingsvergoeding.

Verjaring 

De rechtsvorderingen van de werknemers tegen het Fonds voor sluiting van ondernemingen betreffende de betaling van de overbruggingsvergoeding verjaren één jaar vanaf de dag waarop het dossier van de werknemer volledig is en goedgekeurd wordt door het beheerscomité van het Fonds.

Eindopmerking 

De CAO nr. 32bis werd algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit. Bij niet-naleving van de bepalingen van de CAO nr. 32bis stelt de werkgever zich bloot aan strafrechtelijke of administratieve sancties.